Christian Grey voelt zijn hart sneller bonzen als hij de sleutel in het slot steekt, denkend aan de woorden van zijn Anastasia. Ze heeft een verrassing voor hem. De kinderen zijn opgehaald door oma en brengen daar een weekend door. Ze wilde met hem terug in de tijd, had ze gefluisterd. Hij wist meteen wat ze daarmee bedoelde. Hij kan niet wachten tot ze helemaal van hem is. Enkel en alleen van hem. Bij het openduwen van de deur bekruipt hem een vreemd gevoel. Er hangt een geur die hij niet kan thuisbrengen. Eigenlijk voelt het helemaal niet als thuis. Dan staat hij oog in oog met een vrouw. Een vrouw die hij niet kent. Een heerlijk exemplaar, dat wel, maar niet het soort vrouw uit het winkelcentrum.

“Dag Christian, mijn naam is Juliette. Heb je ook het gevoel in een verhaal terecht te zijn gekomen dat niet het jouwe is?” Christian kijkt de vrouw argwanend aan. Is dit een spel? Is dit het spel dat de inmiddels gerijpte Anastasia voor hem in petto heeft? “Ik zou bijna naar buiten lopen en de voordeur nog eens goed bekijken, maar dit is mijn thuis?” Juliette glimlacht, Christian kan niet inschatten wat de emotie erachter is. Vertedering? “Het is jouw thuis Christian. En al was het je thuis niet, dan maken we het jouw thuis. Ik heb het hier ook al mijn thuis gemaakt. Net als jij, voel ik me raar vandaag. Het is alsof ik na een slaap van een paar honderd jaar wakker ben geworden”. Als ik straks met jou klaar ben, heb je pas behoefte aan goede slaap, denkt Christian, even niet wetend of dat nu eigenlijk wel gepast is.

“Het contact met mijn schepper is al even verbroken, maar op de een of andere manier ben ik toch hier beland. Curieus, is het niet?”, fluistert Juliette, ze is inmiddels bij hem komen staan. Haar lippen en adem opwindend dicht bij zijn oor. Een Christian die de afgelopen tijd in winterslaap heeft verkeerd, wordt weer wakker. Hij voelt zijn oude kracht weer opkomen. Hij wil controleren. Hij wil deze vrouw straks domineren en zijn Anastasia zal hem daarbij assisteren. Waar is ze eigenlijk? “Ligt Anastasia al op bed?” Weer die glimlach van Juliette. “Ze wacht op je, in de kamer. Ze had je er graag bij gehad”. Een grijns op het gezicht van Christian: “Jullie zijn alvast zonder mij begonnen?” Juliette knikt.

“Christian, wacht even, voor je de zitkamer binnengaat. Ik moet alle gluurders even waarschuwen, dat dit spel alles wat zij eerder lazen of zagen, overtreft. En dat ze nu nog de mogelijkheid hebben hun biezen te pakken”. Christian is er te mannelijk voor, maar als dat niet zo was zou hij nu giechelen. Zijn er nog meer mensen? Wat heeft Anastasia allemaal voor hem in petto? Als hij de deur naar de woonkamer opent ziet hij een groot zwart zeil aan de wand hangen. Voor hij zich kan omdraaien om te vragen wat dit heeft te betekenen klinkt er een doffe klap. Hij duizelt en geeft over. Terwijl hij ligt wordt alles steeds draaieriger. Hij probeert scherp te stellen op Juliette. Doorheen de wazigheid ziet hij haar de bebloede honkbalknuppel loslaten.

Het geluid van de vallende knuppel komt door de duizelingen in zijn hoofd vele malen harder binnen. Juliette doet de grote klapdeuren naar buiten open en rijdt een angstwekkend werktuig naar binnen. Het is langwerpig, met het onderstel van een winkelwagen en lijkt op een kruiwagen. Maar dan met riemen en klemmen. Wat is ze van plan? Hij hoort haar in de verte praten. “Jammer hè Christian, die feeks, je beschermengel wordt met haar vadsige preut genaaid door d’r uitgever en laat jou hier aan je lot over. Ze is je vergeten. Dat doet geld met beschermengelen, Christian, het laat ze hun geesteskindjes vergeten”. Iemand trekt hem op het apparaat en zet hem in een ongemakkelijke houding vast. Trekt zijn kleding uit. God, waar heb ik dit aan verdiend?, denkt Christian.

Hij zit op zijn knieën en zijn rug is gebogen. Hij kan geen kant op. De klemmen houden hem stevig op zijn plek. Met de deuren open vindt de nare vrieskou de weg naar zijn naakte lichaam. Juliette komt binnen met meer attributen en bevestigt een soort bankschroef aan het ijzerwerk ter hoogte van zijn schouders. Het bankschroef-achtige mechanisme wordt in zijn mond geschoven. Zijn kaken kunnen onmogelijk nog op elkaar. Nu pas ziet hij de vele spiegels die het zeil aan de muur reflecteren. Wat heeft dit te betekenen? Dit moet een nachtmerrie zijn. Godzijdank zijn de kinderen niet thuis. Ze rijdt een ander apparaat binnen, waarop twee geweren gemonteerd zijn. Juliette zet ze zo neer dat ze in de richting van het zwarte zeil gericht zijn. Wat zit daar verdomme achter? Hij wil Juliette kapot maken.

“Luister Christian, de kettingen die in het midden aan de trekkers bevestigd zijn, hebben aan elke kant een handvat. Een vriend van me gaat dadelijk met je touwtrekken. Ik hoor je denken, op wie zijn ze gericht dan? Heerlijke Christian, daar kom je zo achter. Heb ik trouwens al gezegd dat beide shotguns met hagel geladen zijn? Dat maakt zo’n heerlijke bende.” Ze trekt aan zijn haar en likt zijn wang. Bij Christian is weinig geilheid meer over. Dan komt een man binnen die de vriend moet zijn van Juliette. Hij hoort het geluid van boodschappenwagentjes. Stemmen. Gehuil. Hij herkent het geluid van zijn kinderen. Oma roept dat ze zijn ingetapet. Christian wil vloeken, maar het lukt niet door de bankschroef. In de spiegels ziet hij nu een als beul verklede man die zijn twee kinderen en hun oma binnenrijdt.

De wagentjes worden in het verlengde van de lopen gereden. De beul vertrekt naar de andere kant van de vuurwapens en pakt twee handvatten op. Juliette loopt naar het zeil. “Christian, nu we hier zo fijn samen zijn met de familie, wil ik een verrassing laten zien. Een prachtige verassing voor een prachtige familie. Ik zal niet beweren dat ik een topkunstenaar ben, maar ach, ik doe ook maar mijn best”. Als ze het zeil opzij trekt wordt hem direct duidelijk waar die rare geur vandaan kwam. Aan een veerooster hangt zijn Anastasia, geen proper stukje vel meer te zien door bloed, urine en andere vloeistoffen. De fecaliën zijn uitgesmeerd rond haar mond.  De kinderen en oma huilen nog harder. Ze schreeuwen om hulp. De onmacht die hij voelt maakt hem kapot van binnen. Hij kan niets doen. “Nou, tijd voor een spelletje, dacht ik zo” Juliette grijnst. De drie in de wagentjes en Christian huiveren.

Juliette geeft Christian de handvatten van beide kettingen in handen en maakt daarna de klemmen los. Hij grijpt ze stevig vast en knijpt zo hard als hij kan in de handvatten. Dan geeft Juliette haar vriend het signaal. Hij trekt ook. Klaarblijkelijk is hij verbaasd door de kracht die Christian nog heeft, ondanks zijn benarde positie. Zijn gezicht is in ieder geval nog niet dat van een matador die een triomfantelijke overwinning gaat vieren. Juliette geniet, hier houdt ze van. Machtsstrijd. “Het leven draait om individueel genot heerlijke Christian, dus probeer zoveel mogelijk te genieten”. Niet veel later klinken alsnog twee knallen die niet te voorkomen waren. Gekrijs dat net zo snel ophoudt als het begon. Juliette komt op hem af en pakt hem bij zijn hoofd, dwingt hem te kijken in de spiegels. Liefst wil hij deze heks wurgen.

“Weet je Christian, vroeger dacht ik dat de moraal bestond. Dat er iets hoger moest zijn waaraan we ons  met liefde kunnen conformeren, maar ik ben van dat dwaalpad afgeholpen. Nu ga ik jou er definitief van afhelpen. Jij hebt volgens mij al best begrepen dat macht iets moois is, maar macht misbruiken is zo mogelijk nog mooier. Daarom wil ik je graag wat van mijn talent bijbrengen, heerlijke Christian, kom hier met je heerlijke kop” Ze likt zijn hals en wang. Hij walgt ervan. Zijn mond nog steeds in de bankschroef. Net als hij bedenkt dat hij haar kop kan proberen te pakken met zijn vrije hand, is daar de vriend die de armen weer in de klemmen bevestigt. “Daarom mijn heerlijke Christian, gaan we nu pret maken. Bereid jij je voor, dan haal ik de knuppel vast door het vet”. En weer die verschrikkelijke glimlach.

Vijftig tinten pikzwart