Wie tegenwoordig nog hecht aan de natuur, maakt zichzelf voor sommigen onmiddellijk verdacht. Wie voor groen en duurzaam kiest, is een geitenwollen-sokken-hippie en niet serieus te nemen. Wie borstvoeding geeft en daar positief over spreekt, behoort tot de borstvoedingsmaffia. Wie weleens een natuurproduct gebruikt om een verkoudheid tegen te gaan, heeft eigenhandig bijgedragen aan de dood van Sylvia Millecam.

Laat ik voorop stellen dat mensen die iemand met een ernstige aandoening naar de homeopaat en niet naar een specialist sturen, een draai om de oren verdienen. Ook erken ik meteen dat ik geniet van de veelheid aan surrogaten en (technologische) appendices die de industrie ons heeft gebaard. Maar het voortdurende verdacht maken en de bijbehorende heksenjacht op de natuur, komt mij de neusgaten uit. Temeer omdat het woekerzieke conglomeraat van vraatzuchtige multinationals deze symbolische lynchpartij van harte toejuicht.

Overal waar kritiek is op industrieel vervaardigde producten, duiken wetenschappers op die dergelijke kritiek pogen te nuanceren – of zelfs venijnig bestrijden. Interessant genoeg zijn die wetenschappers bijna altijd verbonden aan een producent die op industriële wijze ‘producten’ bewerkt die ook in natuurlijke vorm voorhanden zijn. We zagen dat bij Pieter Sauer, die de kritiek op kunstvoeding probeert te ontkrachten. Het geldt voor de hier eerder genoemde Aalt Dijkhuizen, die aan verkapte plofkippenpromotie doet. Maar ook Louise Fresco ontvangt kritiek sinds zij als ‘niet uitvoerend bestuurder’ van Unilever ‘opeens’ pro-industrie is.

Dat wetenschappers op de loonlijst van miljardenbedrijven staan is op zichzelf natuurlijk geen misdaad. Wel is het treurig dat mede hierdoor een dynamiek ontstaat waarbij mensen die uit eigen beweging voor de natuurlijke variant kiezen, (net zo goed) het gevoel krijgen zichzelf te moeten verantwoorden tegenover de consumenten die liever afhankelijk zijn van de commerciële variant. Of zelfs beschimpt worden, ook in de media. Zo zei een Amerikaanse Miss onlangs nog dat “borstvoeding geven walgelijk en incestueus” is.

Vreemd genoeg is (in mainstream-media) de heersende opvatting dat er hordes natuurliefhebbers zijn die de kleine schare surrogaat-aanhangers het leven zuur maken. Dat terwijl na drie maanden nog maar 30% van de Nederlandse baby’s borstvoeding krijgt. Het is bijna misdadig dat mensen die positief zijn over borstvoeding en dat ook uitspreken, het stempel ‘maffia’ krijgen. Alsof ze zich niets van de wet aantrekken en zich onttrekken aan de regels. Ze promoten enkel de natuur! Alsof zij de wetten van de overheid en het gezag niet respecteren. Wie is die overheid dan? De kunstvoedingsindustrie? De CEO in zijn reusachtige villa?

Het is verbazingwekkend dat veel consumenten lijken te vergeten – of het niet interessant vinden – dat het de industrie is die miljarden euro’s aan marketing kan spenderen. Elk jaar opnieuw schuiven ze met zakken vol geld om de gefabriceerde santenkraam te promoten. Dat kan ook best: mensen zijn toch verstandig genoeg om een geïnformeerde keuze te maken? Echter, de natuur heeft niet zo’n enorm budget voor de marketing. En dat merk je dan ook aan het klantenbestand. Toch krijgen de mensen die voor de natuurlijke variant kiezen het stempel ‘onderdrukker’. En de Raden, Besturen en Commissarissen maar feestvieren.

De mens en ‘zijn’ misdadige natuur